Het Nederlands kanker Instituut (NKI), het onderzoeksinstituut van het Antoni van Leeuwenhoek, heeft een nieuwe, betere test ontwikkeld voor de landelijke darmkankerscreening. Deze nieuwe test kan voorstadia van darmkanker beter opsporen dan de test die nu wordt gebruikt. Daarmee kan het aantal nieuwe gevallen van darmkanker en de sterfte door deze ziekte verder verminderen. Dat blijkt uit een onderzoek onder leiding van het Antoni van Leeuwenhoek, dat beide testen vergeleek.
Vroege opsporing redt levens
Elk jaar krijgen in Nederland ongeveer twaalfduizend mensen de diagnose darmkanker, en overlijden er vierduizend mensen aan deze ziekte. Als je er vroeg bij bent, dan is de ziekte goed te behandelen. Maar zodra je de eerste symptomen krijgt, zoals afvallen of bloed in de ontlasting, is het vaak al te laat. Daarom is in 2014 het bevolkingsonderzoek gestart, dat mensen tussen de 55 en 75 jaar elke twee jaar uitnodigt om hun ontlasting te testen. Door deze screening krijgen minder mensen darmkanker en zijn artsen er eerder bij.
“De huidige test is goed, maar kan beter”, zegt onderzoeker Gerrit Meijer van het Nederlands Kanker Instituut, het onderzoeksinstituut van het Antoni van Leeuwenhoek. “We willen er graag nog eerder bij zijn, zodat we ook voorstadia van kanker al goed kunnen ontdekken”.
In het AVL Centrum voor Vroegdiagnostiek is alles erop gericht om eventuele kanker zo vroeg mogelijk op te sporen. Indien nodig vindt hier het aanvullende kijkonderzoek van de darm (coloscopie) plaats. Meijer: “MDL-artsen kunnen deze poliepen tijdens een kijkonderzoek uit de darm weghalen vóórdat ze kanker worden, zodat er geen grote operatie nodig is.”
Betere test
Meijer en collega’s van het Nederlands Kanker Instituut werken daarom al jaren aan de ontwikkeling van een nieuwe test. Het Antoni van Leeuwenhoek, Erasmus MC en Amsterdam UMC hebben de nieuwe en de huidige test (FIT) met elkaar vergeleken. En met succes. “De nieuwe test spoort vooral meer voorstadia van kanker op”, zegt Meijer. “We verwachten dan ook dat de test het aantal nieuwe darmkankers en de sterfte daaraan kan verminderen.”
Meijer: “Hoeveel extra darmkankers de nieuwe test kan voorkomen, hangt af van hoe de huidige test wordt gebruikt in verschillende landen. Doorberekening van onze resultaten laat zien dat in Nederland de nieuwe test ervoor zou kunnen zorgen dat er 21 procent minder mensen darmkanker zouden krijgen, en 18 procent minder mensen daaraan zouden sterven. En dit is bijzonder goed nieuws. Groot voordeel is dat de test zo gemaakt is dat die geheel aansluit op de huidige organisatie van het Nederlandse bevolkingsonderzoek en dat onze test kosteneffectief ingevoerd kan worden”, zegt Meijer.
VWS beslist
Op dit moment kan de nieuwe test nog niet de huidige test van het bevolkingsonderzoek vervangen. Meijer: “De belangrijkste stap die nog moet worden gezet is productie van de test in grote aantallen volgens de Europese richtlijnen van diagnostische testen. Daarnaast moeten partijen als het RIVM en de Gezondheidsraad een advies uitbrengen over het inzetten van de nieuwe test in de landelijke darmkankerscreening. Uiteindelijk beslist het ministerie van VWS.”